Het spoor door Delft

Beschrijving

Dit boekwerk beschrijft de ontstaansgeschiedenis van de spoorlijn van de Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij (HSM) door Delft en de aanleg van de spooraansluiting van de Nederlandsche Gist- en Spiritusfabriek op die lijn. Op 3 juni 1847 werd de lijn Den Haag – Rotterdam voor het publiek opengesteld en kreeg de stad Delft zijn eerste spoorwegstation, net even buiten de veste op de latere Houttuinen. Dat was het begin van een nauwe relatie met het spoor, die zou resulteren in twee nieuwe stations, een spoorviaduct en een viersporige tunnel en tevens in een aantal spoorraccordementen, waarvan die van de (Koninklijke) Nederlandsche Gist- en Spiritusfabriek de oudste was.

Sinds 20 april 1870 – de dag waarop voor de eerste maal gist werd ‘gekookt’ – werd er in de Nederlandsche Gist- en Spiritusfabriek te Delft o.a. bakkersgist gemaakt. In de eerste jaren van het bestaan van de fabriek werd de gist in mandjes per eigen paard-en-wagen vervoerd. De gistproductie nam een grote vlucht en de HSM stelde vanaf 1884 enkele gesloten wagens in dienst, speciaal voor het transport van Delftse gist. In december 1883 werd een spoorraccordement naar de Gistfabriek aangelegd, zodat de gist al op het fabrieksterrein in spoorwagens kon worden geladen. Bijna tachtig jaar lang werd de gist per spoor naar alle delen van het land vervoerd, tot in 1961 Van Gend & Loos dit vervoer met speciale koelauto’s overnam.